Bier en azijn, bierazijn – de echte zure meuk

‘Bier verbroedert!’, zo roep ik nog geregeld als iemand mij vraagt waarom het werken in de bierwereld zo leuk is. Toch merk ik dat ik daar steeds meer aan begin te twijfelen. ‘Bier zoekt dat wat verbindt, en neemt weg dat wat verdeelt’ – het lijkt verdorie de Vrijmetselarij wel. Maar is dat nog wel zo, verbroedert bier nog wel? Of is de ware Zure Meuk inmiddels wijder verspreid dan mij lief is, en stuit ik steeds vaker op pure bierazijn? Nota bene: ik heb het niet over fysieke bieren.

Bier, op zich, is natuurlijk amoreel: het kent geen goed of kwaad. Er is hoogstens lekker bier en bier dat niet te hachelen is. Brouwers zijn zeker niet amoreel, maar daar wil ik het nu niet over hebben. Nee, waar ik eens over mopperen wil is de steeds verdergaande verdeling tussen bierliefhebbers, een verelitisering onder wat gelijkgestemden zouden moeten zijn, een steeds gapender kloof tussen hen die weten en hen die het beter weten. Godlof is bier amoreel.

Bier, op zich, is natuurlijk niet statusgevoelig: of het nu door of onder auspiciën van een Cisterciënzer der Strikte Observantie is gebrouwen, door een autodidact uit Bodegraven of door een aan de Universiteit van München opgeleide brouwer van Heineken is gemaakt, het krijgt pas status door de marketingafdeling. Daarvoor is het gewoon bier.

Als product is bier ook al een hopeloos betaalbare luxe, te vergelijken met de messcherpe observatie van Andy Warhol aangaande Coca Cola: “Wat zo fantastisch is aan Amerika is dat de rijkste consumenten in wezen dezelfde dingen kopen als de armste. Al de Cokes zijn hetzelfde en alle Cokes zijn goed. Liz Taylor weet het, de president weet het en jij weet het.” Een horloge van pak ‘m beet twee tientjes vertelt je precies en even goed hoe laat het is als een klokje van meer dan een miljoen, zoals de Daytona van Rolex die ooit aan Eric Clapton toebehoorde. Tien minuten te laat blijft tien minuten te laat. Er is geen reden bier te maken dat tienduizend euro per flesje kost – het gaat er ook al niet beter door smaken. Bier, kortom, is vrij toegankelijk.

Hoe zit dat met de drinkers van dat bier?

Bierdrinkers zijn wel statusgevoelig: het ene bier vinden sommigen onder hen beter dan het andere. Bepaalde brouwerijen deugen per definitie niet, en anderen zijn per definitie geweldig. Sommige bierdrinkers lijken hun hele raison d’être te ontlenen aan welk bier ze drinken. Ga eens grasduinen op internet en zie hoeveel aparte Facebook groepen er aan het onderwerp zijn gewijd.
Zie eens hoe de ene bierdrinker korte metten maakt met de andere – omwille van het bier dat de ene prefereert, en de ander verafschuwt.
Zie hoe bier van sommige brouwerijen naar de slachttafel van de bier geek wordt gevoerd, puur omdat het van ‘die’ brouwerij is – vaak blijft het bier zelf ongeproefd!
Zie hoeveel reacties geschreven lijken te zijn geschreven met de pen gedoopt in de (virtuele) bierazijn.
Zie met hoeveel wantrouwen bierliefhebbers worden tegemoet getreden als zij zich positief over een bier uitlaten, of een bierinitiatief, dat door andere bierliefhebbers wordt gegispt.
Zie hoe au sérieux bier soms genomen wordt – terwijl dat bier daar helemaal niet om gevraagd heeft.
Het is soms erger dan Israël en de Palestijnen: dat lijkt nooit meer goed te komen.

Ik weet van mijzelf dat ik ongenuanceerd, kortaangebonden en zelfs hooghartig kan reageren – ik probeer de balk in mijn oog te zien, terwijl ik nu mopper over de splinter in andermans oog – en probeer mij in te houden. Ik zit, tegelijkertijd, heus niet om complimentjes te bedelen of om schouderklopjes te verzoeken (hoe bevredigend en terecht dat soms ook is). Geen koe is zo bont of er zit wel een vlekje aan, zeg maar. Er is nog genoeg spiegel waarin ik zelf kan kijken, zeg maar. Maar dat neemt niet weg dat de verruwing ook Bierland bereikt heeft, en ik baal daar van. De wereld is al genoeg verWilderst.

‘Wij van WC-Eend adviseren WC-Eend.’

Ook ik heb in de loop der tijd genoeg naar mijn hoofd gekregen, hetwelk ik doorgaans van mij af laat glijden als water van een moddervette woerd – niet in het minst omdat ik en de woerd in kwestie iets gemeen hebben. Daarbij heb ik inmiddels zoveel Wij van WC Eend’ verwijten gehad dat ik vanwege de fabrikant daarvan een levenslange voorraad bezit. Ik spuit het spul niet eens meer, ik kieper gewoon om de dag een hele fles in de pot. Bijgevolg glimt de Troon in huize Kempen dan ook als nergens anders, en zo heeft elk nadeel dan ook weer zijn voordeel. Maar daar ging het mij dus niet om.

Fiona de Lange, de eerste dame die in Nederland over bier blogde, gooide ooit de handdoek omdat zij het gezever en gezeur naar aanleiding van haar blogs meer dan beu was. Nu mist niemand haar gezwatel en moeten vrouwen zich sowieso niet met bier bemoeien, dus is het maar goed dat zij van het blogtoneel verdween. Dat kwam ons even vertellen hoe de bierwereld in elkaar zat! Kom zeg – als ik een dom gansje over bier wil horen kakelen, dan ga ik wel naar een café dat behoort aan Peter van der Arend (om het volledig in vogeltermen te houden). Weg met die zelfbenoemde bierexperts, bierkenners en biersommeliers – wij weten het beter. Dag Fiona! Dat hebben wij, als bierliefhebbers, dan toch maar mooi voor elkaar gekregen!*

Niet het soort bier-Moedjahedien dat ik bedoel.

Bier verbroedert, bier is een betaalbare luxe, en bier is bereikbaar. Hoe anders is het nu in Nederland, Bierland, dan tien jaar geleden: geweldige bieren, in een rijke verscheidenheid, zijn op vrijwel elke straathoek te koop. Je hoeft niet meer twee uur heen (en terug!) te reizen naar een winkel met een onderscheidend aanbod. En zelfs met die rijke verscheidenheid is er nog genoeg bier dat zo schaars is, of door zo weinig mensen wordt gewenst, dat er ook voor de specialistische verkopers genoeg markt overblijft. Bier is volledig gedemocratiseerd – en ik zou het vreselijk vinden als er nu een soort van bier-Moedjahedien ontstaat die voor een nieuwe versplintering in het bierlandschap zorgt.

In conclusion, zoals de Ouden al zeiden: wat ik (en andere) bierbloggers schrijven, dat hoeft u niet leuk te vinden en u hoeft het er niet mee eens te zijn.
Sterker, u hoeft het niet eens te lezen.
Welk bier u lekker vindt moet u zelf weten – en het zou u sieren als u andermans bierkeuze met eenzelfde lankmoedigheid tegemoet zou treden.
En als iemand een foutje maakt – zelfs als dat de schaterende flater betreft waarin een geuze als een ‘fris-zuur pilsje’ wordt weggezet – denk dan nog eens aan tien jaar geleden, toen er vrijwel niemand iets over bier schreef, variëteit amper verkrijgbaar was en u zelf – pure speculatie – gezichtsbeharing verafschuwde en niet dood gevonden zou willen worden in een houthakkershemd, en nog gewoon lekker pils stond te hakken met uw vrienden (of nog niet oud genoeg was om alcohol te mogen drinken).
Ik ben wel klaar met uw bierazijn.
Ik verlang terug naar Fiona de Lange.

*Voor wie eraan twijfelt: deze passage dient u te lezen met in uw achterhoofd de grondbeginselen van de ironie. Voor wie die niet kent: klik op dit linkje en lees wat die grondbeginselen zijn. Klachten over deze passage worden derhalve niet in behandeling genomen.
6 Comments
  • Henri
    juli 19, 2017

    Zoals Arlo Guthrie al zong: “What good is a light, without a dark to stick it in?”

    • Rick Kempen
      juli 19, 2017

      Waarde Henri –

      Wat heerlijk als iemand ontologisch commentaar geeft.

  • François
    juli 19, 2017

    Nou Rick ,

    Chapeau wat een blog , en ja we missen Fiona nog steeds.
    Ik gebruik steeds vaker de zin “Het is maar Bier ”
    Ga vooral door met waar je zo goed in bent .

    Groet François

  • Potje Bier
    juli 19, 2017

    Tja, al sinds ik geïnteresseerd ben in de meer bijzondere bieren (begin jaren ’80) is het eigenlijk niet anders geweest dat de bierelite “neerkijkt” op het bierplebs en afgeeft op “minderwaardig bier”. Maar hoewel ik ruiterlijk toegeef dat ik mezelf inmiddels ook beschouw als biersnob probeer ik mijn azijnpisserij tot een minimum te beperken, in elk geval in het openbaar. Face to face wil ik er echter best eens dieper met je op ingaan.

  • Han Hidalgo
    juli 19, 2017

    Rick, helemaal eens met jouw conclusie. Blijf vooral zo schrijven! Indachtig ‘Laat de schone zielen ijzen, ik houd van platte wijzen, maar wel met de puntjes op de i’. ‘

  • Franky Bourbon
    juli 19, 2017

    Super column Rick !!!! Verplichte kost voor de geeks en een ieder die het beter weet. !!

Laat een antwoord achter aan Rick Kempen Reactie annuleren

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *