Geweldig: Nederland is de tweede grootste bierexporteur ter wereld, na Mexico. Meer dan 1,6 miljard euro, zoveel was die export in 2014 waard. Een paar jaar geleden exporteerden wij meer dan welk ander land ook. Op ruime afstand volgen Duitsland en België: beide ‘deden’ in 2014 iets meer dan een miljard euro. Alle landen exporteren veruit het meest naar de Verenigde Staten van Amerika. Ergens in België kreeg iemand rode vlekken in zijn nek en het schuim op de mond.

De meneer in België met die rode vlekken en het mondschuim was niemand minder dan Ben Vinken, al jarenlang publicist, bierliefhebber en bierkenner. Ben houdt overigens vooral van Belgisch bier: in zijn optiek valt de wereld uiteen in Belgisch bier (lekker), water (nog niet gebrouwen) en niet-Belgisch bier (afhankelijk van zijn stemming: smerig of bedorven water).  Een journalist van Het Laatste Nieuws belde eens met Vinken om zijn commentaar: ik vermoed dat hij wel zin had in een verzetje. Nou, dat kreeg hij, want als Ben Vinken naast rode vlekken en mondschuim ook nog eens het woord krijgt heb je een explosieve combinatie. Ben leverde zijn commentaar dat enerzijds even aardig en genuanceerd was als een mosterdgasaanval, anderzijds even realistisch en waarheidsgetrouw als een pootje gevende dinosaurus op de Grote Markt van Brussel in maart. Ik citeer:

“Ben Vinken is allerminst onder de indruk van de Nederlanders en hun bieren. “98 procent van hun productie bestaat nog altijd uit pils. Je moet dus alles wel in de juiste verhoudingen bekijken. Bovendien: Nederlanders zijn altijd goed geweest in zichzelf duurder te verkopen dan ze zijn. Maar Nederland een biercultuur? Dat is pure onzin.”

Wat de kwaliteit betreft is Vinken nog strenger: “Er zit bitter weinig tussen dat ook maar naar iets smaakt. En dan druk ik me nog zacht uit. Ze klutsen van alles door elkaar en zien wel wat eruit komt. Van elke honderd nieuwe bieren die daaruit voortkomen, is er misschien één deftig bij. Dat is geen biercultuur, hé.””

Je hoeft Nederlands bier niet lekker te vinden, of waar het ook vandaan komt, maar de feiten zodanig de nek omdraaien als Vinken hier schaamteloos doet is beneden alle peil, zelfs het zijne. Goed, in België is de verhouding pils-niet pils 70-30 en in Nederland tegenwoordig 85-15 – da’s toch anders. En het enige dat Vinken zegt is dat hij pils niet lekker vindt, wat mag, maar niets verandert aan het feit dat pils ook het meest geëxporteerde Belgische bier is. Maar ja, rode vlekken en schuim op de mond vertroebelen het brein.

Over smaak valt niet te twisten, behalve met Ben. Dat hij niet weet waar hij het over heeft is duidelijk: hij heeft al in geen jaren Nederlands bier gedronken. En samen met een andere Belgische meneer is hij nog de enige Europeaan die meent dat Amerikanen geen goed bier kunnen brouwen. Daarbij weigert hij te reageren op de opmerking die niet-Belgen wel eens maken, namelijk dat tussen die honderden Blonde Abdijbieren (of de dubbele, of de tripels, of de witbieren) ook maar bitter weinig onderling smaakverschil zit.

Kortom, had men Vinken met rode vlekken in de nek, het schuim op de mond, zijn rechterhand in zijn jasje gestoken gelijk Napoleon, gezeten op een ondersteek aangetroffen met een zwart-geel-rode fluitketel bij wijze van hoofddeksel, terwijl om de paar uur een verpleegster zijn gat komt lappen, en hij had dàn deze uitspraken gedaan: tsja, dan hadden we er zelfs niet eens om gelachen, maar louter medelijden gehad. Daar hij echter nog zijn eigen gat afveegt zullen we er dan maar mee lachen. Of nee: ik voel medelijden opkomen, terwijl Ben zich als een pootje gevende dinosaurus koestert in de gloed en warmte van een aanstuivende meteorietenregen.