What’s in a name….

Niet zo heel lang geleden woedde er op Facebook een discussie over biernamen. Een enkeling verkneukelde zich over de creativiteit van de brouwer op dat gebied, anderen vonden die buitenissige name maar niets. Ik vond het iets om over na te denken.

fuck de boomMet namen als ‘Sexy Motherbocker’ en ‘F*ck de kerstboom staat in de fik’ is het niet iedereen meteen duidelijk dat het hier een bier betreft. Dat is bij ‘Hel & Verdoemenis’ of ‘Chateau Neubourg’ niet heel veel anders. Daarmee is de gedachte dat de naam van een bier per sé duidelijk moet maken dat het hier een bier betreft, laat staan wàt voor bier, meteen van tafel geveegd. Blijft de vraag hoe vergezocht de naam mag, of kan, zijn. Of: waar houd ‘leuk’ op en begint ‘Marketing volgens John Lanting’?

Kaspar Peterson, oprichter van Brouwerij ‘t IJ, dacht over de namen die hij aan zijn bieren gaf goed na. Daar hij ‘in Belgische stijl’ brouwde wilde hij dat duidelijk maken door middel van namen als ‘Zatte’ en ‘Natte’. Heel consequent was hij niet, want hoe Belgisch is ‘Columbus’ nu eigenlijk? De idee was echter helder.
mooimedogenloos (1)Menno Olivier van Brouwerij De Molen verwerkte aanvankelijk de plaatsnaam van de brouwerij in zijn biernamen, zoals ‘Boreft’s Blond’, iets wat vandaag de dag enkel nog in zijn legendarische bierfestival doorklinkt. Al snel ging hij over op zogenoemde ‘dubbelnamen’: Vuur&Vlam, Heil&Zegen, enzovoorts. Geinig gevonden en zeer onderscheidend, hoewel het ook als een klapsigaar in eigen gezicht exploderen kon: zo kregen wij bij Bier&cO ooit een klacht fust retour waarop het café een papier had geplakt met ‘De Molen Rot&Bedorven’. Hoe is dat in het buitenland?

Duitse biernamen zijn, zoals je verwachten mag, volstrekt humorloos en beschrijven brouwerij, biertype of herkomst. Fijn en betrouwbaar. Grappiger dan ‘Mein Hopfenweisse´ of ‘Kölsch’ wordt het niet.
kutbier (1)Ook de Belgen blinken, geheel tegen de verwachting in, niet uit in humoristische biernamen. ‘Slaapmutske’ of ‘Deugniet’, daar moeten we het ongeveer mee doen. Belgen slaan niet door, zoals Brouwerij Het Uiltje met ‘Dikke Lul, 3 Bier’ ooit eens deed. Of zoals Brouwerij Boegbeeld, die onlangs ‘Kutbier’ lanceerde: een blond bier met pruimen, een ode aan de Bossche Kut. De boodschap is helder.
Engelsen hebben hun eigen John Lanting en schamen zich sowieso nergens voor. Namen als ‘Kilt Lifter’, ‘What’s Yours?’ of ‘Santa’s Butt’ zijn er schering en inslag.

Nee, dan de Amerikanen. Met ‘Raging Bitch’ dacht ik dat het hoogtepunt al beleefd was. PlinyelderOf met de diepdoordachte en klassieke verwijzing van Russian River Brewing naar de eerste Romeinse geschiedschrijver die ‘bier’ als zodanig beschreef, Plinius (de oudere) in zijn Naturalis Historia. De ‘Pliney the Younger’ en ‘Pliney the Elder’ zijn schaars maar uitmuntend: vooral voor The Younger zijn mensen best bereid elkaar de hersens in te slaan.

De allerleukste biernaam aller tijden, althans naar mijn smaak, komt ook uit Amerika. Tijdens de World Beer Cup 2010 (de Olympische Spelen voor bier) werd de Gouden Plak uitgereikt aan een bier van de keten brouwcafés Rock Bottom. Het betrof een stout met Italiaanse espresso en heette ‘Dude! Where’s my Vespa?’ Of het bier nog gemaakt wordt weet ik eigenlijk niet.

No Comments Yet.

Leave a Reply

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *